De Vlaamse krantenuitgevers juichen de positieve houding van de IMCO-commissie tegenover het uitgeversrecht toe
16 juni 2017
De Commissie Interne Markt en Consumentenbescherming (IMCO-commissie) van het Europees Parlement is op 8 juni 2017 als eerste Commissie overgegaan tot de stemming van haar rapport. Hoewel het rapport van MEP Stihler uitging van een schrapping van artikel 11 inzake het uitgeversrecht, hebben de IMCO-commissieleden gestemd voor het behoud van het uitgeversrecht, zoals dit door de Europese Commissie in haar voorstel van richtlijn op 14 september werd voorgesteld.
Meer nog, het toepassingsgebied van het uitgeversrecht wordt door de IMCO-commissie zelfs versterkt door in de overwegingen aan te geven dat de bescherming ook zou moeten gelden voor de print (waar in het voorstel van de Europese Commissie enkel het digitaal hergebruik wordt beschermd). De IMCO-commissie argumenteert hierover dat ook andere rechthebbenden van een naburig recht (fonogramproducenten, filmproducenten en omroeporganisaties) over de volledige reikwijdte van rechten beschikken, zowel voor print als voor digitaal. Terecht wordt aangehaald dat aan de papieren publicaties dezelfde bescherming moet worden toegekend.
Een wettelijke verankering van een uitgeversrecht is noodzakelijk om de diversiteit van nieuws en de toekomst van kwaliteitsvolle journalistiek in Europa te verzekeren. Nieuwsuitgevers investeren miljoenen euro’s in onafhankelijke kwaliteitsjournalistiek en moeten hun content dan ook eerlijk kunnen vermarkten. Een uitgeversrecht versterkt de positie van nieuwsuitgevers ten opzichte van derden om te kunnen optreden tegen aggregatoren en internetplatforms die content op ontoelaatbare wijze hergebruiken.
Ondertussen is ook bekend geraakt dat de Maltese Europarlementariër Theresa Comodini Cachia (EPP), rapporteur van de Commissie Juridisch Zaken opstapt en een mandaat in het Maltese Parlement zal opnemen. Comodini zwakte in haar rapport van de Commissie Juridische Zaken het uitgeversrecht af tot een vermoeden van representativiteit dat enkel kan worden ingeroepen bij geschillenprocedures. Duits Europarlementslid Axel Voss werd intussen door de EPP-groep aangesteld als nieuwe rapporteur.
Vlaamse Nieuwsmedia blijft hopen dat nieuwsuitgevers aan de eindmeet de juridische erkenning zullen krijgen die ze nodig hebben teneinde een sterkere onderhandelingspositie te bekomen en te kunnen optreden tegen ongeautoriseerd hergebruik van hun publicaties voor commerciële doeleinden.
De Vlaamse krantenuitgevers betreuren het rapport van MEP Theresa Comodini dat het uitgeversrecht herleidt tot een minimaal handhavingsecht
9 maart 2017
Op 14 september 2016 stelden de Europese commissarissen Andrus Ansip en Günther Oettinger het voorstel van de nieuwe Auteursrechtrichtlijn voor. Artikel 11 van deze ontwerprichtlijn geeft uitgevers van perspublicaties eindelijk de noodzakelijke rechten om hun publicaties te kunnen vermarkten en hierdoor hun positie ten opzichte van derden te versterken.
Vlaamse Nieuwsmedia is voorstander van de invoering van een uitgeversrecht omdat dit een gelijk speelveld creëert tussen content makers en content verspreiders. Nieuwsuitgevers investeren miljoenen euro’s in onafhankelijke kwaliteitsjournalistiek. Nieuwsuitgevers moeten hun content dan ook eerlijk op de markt kunnen brengen.
Uit amendementen die de Commissie Juridische Zaken van het Europees Parlement op 8 maart 2017 presenteerde in haar conceptrapport, dat werd opgesteld door rapporteur Theresa Comodini Cachia, blijkt nu dat deze commissie de bedoeling heeft om het uitgeversrecht af te zwakken tot een minimaal handhavingsrecht dat enkel kan worden ingeroepen bij geschillenprocedures. Het uitgeversrecht wordt in het conceptrapport herleid tot een “vermoeden van vertegenwoordiging” dat uitgevers kunnen inroepen, wat hun bewijsplicht zou verlichten aangezien een uitgever niet langer zou moeten aantonen dat hij over alle rechten van een publicatie beschikt. Dit is een magere troost voor nieuwsuitgevers aangezien hierdoor nog steeds een rem wordt gezet op de innovatie en het maken van kwaliteitsvolle content.
Vlaamse Nieuwsmedia betreurt het feit dat het conceptrapport niet tegemoet komt aan de doelen die de Europese Commissie in de Digital Single Market strategie beoogde. Het verstoorde evenwicht dat nu bestaat tussen enerzijds nieuwsuitgevers en anderzijds aggregatoren en internetplatforms die content op ontoelaatbare wijze hergebruiken, wordt hierdoor enkel maar problematischer. Dit vormt een belangrijk maatschappelijk pijnpunt aangezien de journalistiek, als waakhond van de persvrijheid, hierdoor stelselmatig aan banden wordt gelegd.
Het minimale beschermingsniveau dat door de Europese Commissie werd aangereikt via artikel 11 van de Auteursrechtenrichtlijn, wordt grotendeels opzijgezet. Een wettelijke verankering van een uitgeversrecht is juist noodzakelijk om de diversiteit van nieuws en de toekomst van kwaliteitsvolle journalistiek in Europa te verzekeren. Vlaamse Nieuwsmedia hoopt dat nieuwsuitgevers alsnog de juridische erkenning zullen krijgen die ze nodig hebben om een sterkere onderhandelingspositie te bekomen en te kunnen optreden tegen ongeautoriseerd hergebruik van hun publicaties voor commerciële doeleinden.
Vlaamse Nieuwsmedia steunt dan ook volop de standpunten van de Europese associaties die de kranten-en magazine uitgevers vertegenwoordigen, namelijk EMMA, ENPA, EPC en NME. Zij benadrukken in hun persbericht het volgende:
“Mevrouw Comodini is voorbijgegaan aan de fundamentele problematiek die in het voorstel van de Commissie werd aangepakt, met name dat de regelgeving de nodige erkenning moet geven aan uitgevers zodat zij vrij over hun content kunnen beschikken en deze toegankelijk kunnen maken voor het publiek. Ze laat na de problematiek – die door haar eigen groep werd geïdentificeerd in hun position paper – aan te pakken, namelijk de relatie tussen uitgevers en aggregatoren en zoekmachines. Een juridische erkenning in de vorm van een uitgeversrecht is meer rechtdoorzee dan de door haar opgezette constructie die gerechtelijke procedures stimuleert in plaats van onderhandelingen.”
Dit rapport zal in de Commissie Juridische Zaken worden besproken op 22 maart, deadline voor amendering is 30 maart en de stemming zal plaatsvinden op 19-20 juni 2017.
#Uitgeversrecht: Debat 28/09/2016 –Marietje Schaake
30 september 2016
Op 28 september 2016 organiseerde Marietje Schaake in het Europees Parlement een debat over het auteursrecht en vrijheid op het internet. Panelleden waren Stef van Gompel (Universiteit van Amsterdam), Siada El Ramly (EDIMA), Raegan MacDonald( Mozilla), Lisette Kalshoven (Comunia, Kennisland) en Wout van Wijk (News Media Europe).
Stef van Gompel opende het debat stellende dat er geen enkel bewijs voorhanden is dat de toekenning van een uitgeversrecht de toenemende daling van inkomsten uit print en de ongelijke waardeverdeling tussen zij die content produceren en zijn die content distribueren, zal oplossen. Hij erkende wel dat de handhaving van rechten door uitgevers in een concurrentieverstorende markt voor problemen zorgt, wat wel door een uitgeversecht zou kunnen worden opgelost. Saida El Ramily verwees naar eerdere wetgevende initiatieven in Spanje en Duitsland waarbij het invoeren van dergelijke maatregel geen positief effect had op het aantal nieuwspublicaties en de kwaliteit daarvan. Anderen waren vooral bekommerd om de een vrij internet en vrij hyperlinken.
Wout van Wijk benadrukte terecht dat een uitgeversrecht de vrije toegang tot het internet niet zal belemmeren, de consument niet met extra kosten zal opzadelen en de creativiteit en innovatie in de online mediasector niet zal verhinderen. Integendeel, het uitgeversrecht zal uitgevers eindelijk erkennen als rechthebbenden zodat zij kunnen optreden tegen derden inbreukmakers die hun content op ontoelaatbare wijze hergebruiken en kunnen worden vergoed voor het commercieel gebruik van hun content waardoor meer middelen vrijkomen om journalisten te vergoeden en te investeren in nieuwe en kwaliteitsvolle journalistiek.
Het uitgeversrecht zoals voorzien door in de ontwerprichtlijn is in die zin dan ook niet te vergelijken met eerdere initiatieven in Duitsland en Spanje: het uitgeversrecht kent persuitgevers een exclusief recht toe om al dan niet het hergebruik van hun content toe te staan mét de mogelijkheid om hiervoor al dan niet een vergoeding te regelen via een licentie. De vrees dat een uitgeversrecht de regels rond het hyperlinks opzij zal zetten, is eveneens ongegrond. Uitgevers willen juist hun lezers aanmoedigen om te linken naar artikels en dit zal in de toekomst ook niet veranderen.
Uitgevers wachten al heel lang om meer zekerheid te krijgen en erkend te worden als rechthebbenden in de Europese regelgeving inzake auteursrecht. In de huidige regeling wordt immers geen rekening gehouden met het feit dat derden inbreukmakers voordeel halen uit de waarde die door uitgevers wordt gecreëerd door de content te hergebruiken zonder licentie en winst te genereren op de kap van de door de uitgevers gepubliceerde content. In een wereld waar inkomsten uit advertenties een belangrijke rol spelen voor de uitgevers en waar de marktdominantie van grote internetplatformen en sociale media een groot deel van deze inkomsten weghalen, moet er een gelijk speelveld worden gecreëerd waar uitgevers een faire vergoeding krijgen voor de commerciële exploitatie van hun content.
Marietje Schaake sloot het debat alvast af met de boodschap het uitgeversrecht verder te zullen bestuderen vanuit verschillende oogpunten, rekening houdend met het algemeen belang, de persvrijheid, vrijheid van informatie, vrije marktconcurrentie en vanuit een level playing field. Ze was tevens geïnteresseerd in studies over mogelijke positieve gevolgen van een invoering van een uitgeversrecht. Vlaamse Nieuwsmedia bracht in 2014 samen met The Ppress en LAPRESSE.BE een rapport uit dat het hergebruik zonde licentie van nieuwscontent in kaart brengt en het belang van een ondersteunend juridisch kader, i.e. de invoering van een uitgeversrecht, onderstreept (zie voor meer info: https://www.vlaamsenieuwsmedia.be/newsroom/2014/02/uitgevers-vragen-efficiente-aanpak-van-online-hergebruik-van-artikels-zonder-licentie).
Europa erkent uitgevers als rechthebbenden
16 september 2016
Op 14 september 2016 stelden de Europese commissarissen Andrus Ansip en Günther Oettinger het voorstel van de nieuwe Auteursrechtrichtlijn voor. Door de razendsnelle digitale ontwikkelingen drong een modernisering van het auteursrecht zich op dat is aangepast aan de 21ste eeuw.
Vlaamse Nieuwsmedia juicht de invoering van een uitgeversrecht toe om een gelijk speelveld te creëren op het internet. Hiermee erkent de Commissie de belangrijke rol van uitgevers in het Europese medialandschap. Nieuwsuitgevers investeren miljoenen euro’s in onafhankelijke kwaliteitsjournalistiek. Om deze zware investeringskost terug te verdienen, moeten nieuwsbedrijven hun content eerlijk op de markt kunnen brengen en daar een faire vergoeding voor in de plaats krijgen. Artikel 11 van de Auteursrechtrichtlijn verschaft uitgevers van perspublicaties nu de noodzakelijke rechten om hun publicaties te kunnen vermarkten. In tegenstelling tot het eerder uitgelekte werkdocument wordt er nu naar de term “perspublicaties” gerefereerd, wat ruimer wordt geïnterpreteerd dan de eerder gebruikte term “nieuwspublicaties”. Het voorstel beperkt het uitgeversrecht wel nog steeds tot het digitale gebruik van de perspublicaties terwijl er geen objectieve reden is om het uitgeversrecht te beperken tot de online wereld.
De aan de uitgevers toegekende bescherming geldt niet voor het plaatsen van hyperlinks dewelke geen mededeling aan het publiek uitmaken. Deze zin in overweging 33 zal waarschijnlijk in de loop van het proces verder worden verduidelijkt, met name in verhouding tot de recente rechtspraak van het Hof van Justitie in de GS Media/Sanoma Media zaak die u hier kan terugvinden. Zie ook de verdere bespreking van dit arrest op: https://www.license2publish.be/nieuws.
Het uitgeversrecht beoogt, als aanvulling op het auteursrecht, de positie van uitgevers ten opzichte van derden te versterken zodat uitgevers met andere partijen overeenkomsten kunnen sluiten gericht op het hergebruik van online persartikels. Hierdoor kunnen uitgevers uit eigen hoofde aanspraken verwerven op de exploitatie van de door hen uitgegeven content. Deze versterking van de positie van de uitgever zal meer zekerheid bieden en zal vooral een handig hulpmiddel zijn om op te treden tegen parasieten, content aggregatoren etc. die de content zonder licentie op ontoelaatbare wijze hergebruiken.
Het uitgeversrecht heeft geen invloed op de contractuele relatie tussen de uitgever en de auteur. Het voorstel voorziet in een beschermingsduur van 20 jaar vanaf het tijdstip waarop de uitgave op geoorloofde wijze toegankelijk is gemaakt, in tegenstelling tot de beschermingsduur van 70 jaar na de dood voor auteurs.
Het voorstel van de Europese Commissie dient nu door het Europees Parlement en de Europese Raad te worden behandeld en vervolgens zal de richtlijn in de lidstaten worden geïmplementeerd in nationale wetgeving.
Alle bijkomende informatie over het uitgeversrecht voor persuitgevers vindt u hier
Vlaamse Nieuwsmedia juicht de consultatie door de Europese Commissie in verband met het uitgeversrecht toe
8 april 2016
Vlaamse Nieuwsmedia juicht de consultatie toe die door de Europese Commissie op 23 maart 2016 gelanceerd werd in verband met de rol van de uitgevers in de waardeketen. Deze consultatie is een fundamentele stap aangezien de rol en de waarde van de perssector nu meer dan ooit erkend moet worden in het digitale medialandschap.
Kranten en magazines zijn wereldwijd koplopers in het mogelijk maken, financieren, creëren en verspreiden van pluralistisch en kwalitatief hoogstaande journalistieke media in print en digitale publicaties. Om deze rol te kunnen blijven spelen in elke democratische samenleving in het digitale tijdperk dienen uitgevers eindelijk te worden opgenomen in de reeds lang bestaande lijst van rechthebbenden in de Europese regelgeving inzake auteursrecht.
Een uitgeversrecht in de vorm van een naburig recht is niets nieuw aangezien een dergelijk recht al jaren worden toegekend aan omroepen, film- en muziekproducenten. Rekening houdend met het feit dat het de uitgever is die het investeringsrisico draagt en de financiële middelen aanbrengt, is het onbegrijpelijk dat hij voor de bescherming van zijn product volledig aangewezen is op een contractuele verhouding met de auteur. De grote investeringen aan de ene kant, het groot aantal derdeninbreukmakers aan de andere kant, maakt immers dat de positie van de uitgever met de dag kwetsbaarder wordt. Een eigen uitgeversrecht zorgt ervoor dat de uitgever uit eigen hoofde aanspraken kan verwerven op de exploitatie van de door hem uitgeven producten. De uitgever is zodoende in staat zelfstandig en onafhankelijk van de auteur zijn product te beschermen ten aanzien van derden inbreukmakers. Deze versterking van de positie van de uitgever zal meer zekerheid bieden en zal vooral een handig instrument zijn om op te treden tegen parasieten, content aggregatoren etc. die de content zonder licentie op ontoelaatbare wijze hergebruiken.
Een uitgeversrecht in de vorm van een naburig recht heeft geen invloed op de contractuele verhouding tussen uitgevers en journalisten, noch op de bestaande wettelijke bepalingen in de lidstaten over de overdracht van rechten. Evenmin doet het afbreuk aan de specifieke wettelijke bepalingen die reeds bestaan in een aantal lidstaten, zoals bijvoorbeeld Spanje of Duitsland. Lezers zullen nog steeds artikels kunnen linken en delen in overeenstemming met de huidige regelgeving inzake auteursrecht. In het geval van wettelijke uitzonderingen zullen de begunstigden ervan ook nog altijd auteursrechtelijk beschermd werk kunnen gebruiken om te citeren, ter illustratie van onderwijs of wetenschappelijk onderzoek etc. Aldus wordt het evenwicht tussen de verschillende belanghebbenden hierbij gevrijwaard.
Bijkomende informatie over het hoe en waarom van een uitgeversrecht voor persuitgevers vindt u hier.