Home » Featured » Duitse openbare omroep beconcurreert krantenuitgevers op ontoelaatbare wijze online

Duitse openbare omroep beconcurreert krantenuitgevers op ontoelaatbare wijze online

12 januari 2018

Vrijdag 12 januari 2018
Het Federaal Hooggerechtshof in Duitsland (Der Bundesgerichtshof) heeft het speelveld van de openbare omroep ARD[1] op het internet beperkt. De Duitse uitgevers hebben hiermee een belangrijke strijd gewonnen die al sinds 15 juni 2011 speelt. De krantenuitgevers verwijten de openbare omroep dat zij op het internet oneerlijk concurreert met het online aanbod van de private nieuwsuitgevers. Deze openbare omroep kan haar financiering deels halen uit overheidsbijdragen en is dus niet afhankelijk van de werking van de vrije markt terwijl de krantenuitgevers wel hun inkomsten zelfstandig op deze vrije markt moeten verdienen. [2]
Het Federaal Hooggerechtshof heeft op 21 december 2017 geoordeeld dat een app van een journaal van de openbare omroep, genaamd Tagesschau, zijn digitaal aanbod moet beperken omdat deze app op ontoelaatbare wijze concurreerde met  de activiteiten van de krantenuitgevers door vooral tekstgerichte nieuwsberichten te plaatsen en minder te focussen op het audiovisuele aanbod. Het Rundfunkstaatsvertrag (de Duitse oproepwet) verbiedt namelijk dat Duitse openbare omroepen een persgelijkend aanbod op digitale media verspreiden.
Het Federaal Hooggerechtshof heeft hiermee het oordeel van de rechtbank in Keulen bevestigd. De openbare omroep heeft enkel nog de mogelijkheid om het arrest voor te leggen aan het Grondwettelijk Hof (Bundesverfassungsgericht).
Verschillende regionale openbare omroepen in Duitsland hadden de afgelopen jaren al aangekondigd hun beleid te zullen bijstellen, dit onder dreiging van rechtszaken door meerdere Duitse uitgevers. Eerder heeft WDR (één van de 9 regionale omroepen van ARD) aangekondigd om zich meer te focussen op het audiovisuele aanbod en het aantal tekstberichten te zullen verminderen.
De strijd tussen de openbare omroep en de commerciële uitgevers speelt niet alleen in Duitsland maar ook in Nederland, België en andere landen in Europa. In Nederland zijn de uitgevers van mening dat de publieke taakopdracht te ruim is. In een open brief aan minister Arie Slob werd in november door de vijf hoofdredacteuren van de grootste landelijke kranten (AD, Telegraaf, Volkskrant, NRC, Trouw) verzocht om de digitale activiteiten van de openbare omroep NOS te begrenzen.
Ook in België zijn er enkele reacties gekomen vanuit de mediasector om het takenpakket van de openbare omroep VRT duidelijker af te bakenen en ervoor te zorgen dat deze opdracht ook effectief wordt nageleefd.
Zo maakte Vlaamse Nieuwsmedia in september 2017 aan de VRT en aan minister Gatz een brief over waarin werd gewezen op het feit dat de nieuwe website vrtnws.be[3] in strijd is met de beheersovereenkomst aangezien het audiovisuele aanbod op deze nieuwe site niet het fundament van het digitale aanbod uitmaakt.
Volgens Vlaamse Nieuwsmedia is vrtnws.be in strijd met de beheersovereenkomst die het volgende bepaalt:
“De VRT biedt een centraal 24/7 nieuwsplatform (VRTNieuws.be) aan als betrouwbare gids in actualiteit, context en duiding. […] Het audiovisuele is het fundament van het digitale aanbod, dat met het oog op de realisatie van bovenstaande ambities wordt uitgewerkt, met ondersteuning van grafiek, foto en tekst”.[4]
De online aanwezigheid van de openbare omroep werkt enkel niet marktverstorend indien dit wordt beperkt tot een multimediale versterking van het VRT radio- en televisieaanbod en tot een extra platform dat de VRT toelaat de beleving van haar netten en merken ook op het internet uit te dragen. Het kan hierbij niet de bedoeling zijn dat een openbare omroep een website ontwikkelt die in rechtstreekse concurrentie treedt met de nieuwssites van de private uitgevers. Slechts een minderheid aan nieuwsartikels op de website bestaan uit video’s, hetgeen bezwaarlijk als het fundament van het aanbod kan worden beschouwd zoals aangegeven in de beheersovereenkomst.
Een goed evenwicht tussen de openbare en private mediaspelers is en blijft van primordiaal belang voor een gezond Vlaams medialandschap. Vreedzame co-existentie tussen de openbare omroep en private mediabedrijven en tussen verschillende business modellen die niet marktverstorend werken, zal alleen maar bijdragen tot de groei van de hele Vlaamse mediasector.
Als reactie op de brief van de Vlaamse uitgevers heeft Wilfried Vandaele op 5 oktober 2017 aan minister Gatz in de Commissie Media van het Vlaams Parlement een vraag ingediend inzake de beheersovereenkomst met de VRT.  Minister Gatz heeft tijdens het parlementair debat aangekondigd dat de VRT het initiatief zal nemen om  het gesprek aan te gaan met de schrijvende pers waarbij het stappenplan van de VRT om te komen tot meer audiovisuele content in eerste instantie het voorwerp zal uitmaken van dit gesprek. Daarnaast zal VRT ook het voortouw nemen om besprekingen op te starten over de bredere problematiek, met in het bijzonder de advertentie-inkomsten, waar de minister mogelijks een faciliterende rol kan spelen.
[1] De ARD (Arbeitsgemeinschaft der öffentlich-rechtlichen Rundfunkanstalten der Bundesrepublik Deutschland) is een samenwerkingsverband van in totaal 10 Duitse openbare regionale omroepen. Naast de negen regionale omroepen, maakt ook de Deutsche Welle deel uit van de ARD. Alle regionale ARD-omroepen hebben een eigen televisiezender en meerdere radiozenders.
[2] Jaarlijks krijgen de openbare omroepen ARD, ZDF (en hun regionale radio- en tv-dochters) en Deutschlandradio in totaal ongeveer 8 miljard euro, gefinancierd uit kijk- en luistergeld.
[3] Op 22 augustus 2017 lanceerde de VRT de nieuwe website vrtnws.be als vervanger van deredactie.be.
[4] Zie beheersovereenkomst 2016-2020, p. 19.


© 2019 Vlaamse Nieuwsmedia

Intranet

U heeft een login nodig om de intranet te kunnen raadplegen.
Naar het intranet

Zoeken

Newsalerts

Schrijf je in op onze nieuwsalerts en blijf op de hoogte.