CIM Persstudie meet nu ook digitaal bereik
26 september 2013
Deze week werden de resultaten van de CIM Persstudie 2013 gepubliceerd. Hier bekijkt u de resultaten. Door de komst van nieuwe technologieën was het noodzakelijk om de markt een nieuwe studie aan te bieden die alle leesmomenten van de pers kon valoriseren, ongeacht de verspreidingsmethode, zowel op papier als digitaal
De Persstudie werd daarom verrijkt met vragen over het lezen van perstitels in elektronisch formaat. Dit is een radicale methodologische verandering: er wordt nu onderscheid gemaakt tussen het lezen van de papieren editie en de digitale platformen.
Voortaan heeft het CIM drie indicatoren:
- de indicator ‘Paper’ die het bereik van de papieren publicaties omvat;
- de indicator ‘Paper + Digital Versions’ die naast de papieren versie ook het bereik van de pdf-versies en de op tablets en smartphones te raadplegen applicaties omvat en
- de indicator ‘Total Brand’ die het bereik aangeeft van het mediamerk, ongeacht de drager. Het gaat hier om het gecumuleerde netto bereik van de papieren versie, plus de digitale versies (pdf-versie + app), plus de website van de betrokken titel.
“Onze uitgevers wachten al lang op een betrouwbare indicatie van hun merkbereik“, stelt Stef Peeters, Algemeen Directeur van het CIM, “deze nieuwe publicatie beantwoordt aan die behoefte”. Hij voegt er onmiddellijk een waarschuwing aan toe: “Het “Total Brand” bereik is de resultante van verschillende leeservaringen en verschillende bereiks- en contactdefinities. Deze notie beantwoordt niet aan een commerciële realiteit”. Het CIM is dan ook formeel: “Total Brand” mag niet gebruikt worden in rankings en evaluaties.
Deze editie van de CIM Persstudie is niettemin historisch. De markt krijgt een genuanceerd beeld van de opbouw van het persbereik over verschillende platformen heen. Het CIM is ervan overtuigd dat de dynamiek van de perssector hierdoor veel beter tot haar recht komt.
‘Doe ook eens een andere doelgroep’ – Mediawijs.be lanceert projectoproep
16 september 2013
Nederland zwakt strenge cookiewet af
31 mei 2013
Minister van Economische Zaken Kamp heeft op 20 mei 2013 het aangekondigde wetsvoorstel tot wijziging van de cookiewet toegelicht.
Het wetsvoorstel breidt de uitzonderingen waarvoor geen expliciete toestemming nodig is uit met een derde categorie van cookies. Zo zou voor cookies die dienen om informatie te verkrijgen over de kwaliteit of effectiviteit van de website geen expliciete toestemming nodig zijn op voorwaarde dat dit geen of geringe gevolgen heeft voor de persoonlijke levenssfeer van de internetgebruiker. Dit maakt het mogelijk – naast de functionele cookies die uitsluitend dienen om communicatie mogelijk te maken of die noodzakelijk zijn om de door de internetgebruiker gevraagde dienst te leveren – analytische (first party en third party), affiliate en a/b testing cookies te plaatsen zonder dat hiervoor een expliciete toestemming noodzakelijk is. De cookies mogen wel niet aangewend worden om profielen van internetgebruikers op te stellen aangezien dit gebruik wél gevolgen heeft voor de persoonlijke levenssfeer van de internetgebruiker.
In de toelichting van het wetsvoorstel wordt ook dieper ingegaan op het begrip “toestemming”. Een nieuwigheid hier is dat de minister pleit voor een impliciete toestemming voor die cookies die niet onder de uitzonderingsregeling vallen en vooralsnog onderworpen zijn aan een expliciete toestemming (bv. tracking cookies). Volgens Minister Kamp moet een rechtsgeldige toestemming afgeleid kunnen worden uit het gedrag van de internetgebruiker wanneer deze laatste bijvoorbeeld verder surft nadat er een boodschap verschijnt dat er cookies worden geplaatst.
In België blijft een verduidelijking van het één artikel vooralsnog uit waardoor het nog steeds hoogst onduidelijk is welke categorieën van cookies precies onder de uitzondering en vallen en op welke manier er correct toestemming kan verkregen worden voor de andere categorieën.
Het wetsvoorstel met bijhorende toelichting vindt u hier.
Door Sandrien MAMPAEY, Legal & Administration Manager van Vlaamse Nieuwsmedia
Weldra rechtszekerheid inzake roerende voorheffing op auteursrechten in de journalistieke sector?
De wet van 16 juli 2008 tot wijziging van de inkomstenbelastingen 1992 en tot instelling van een forfaitaire belastingsregeling inzake auteursrechten en naburige rechten zorgt al sinds haar inwerkingtreding voor onrust in de sector. Deze wet bepaalt onder meer dan inkomsten verkregen uit de cessie of concessie van auteursrechten onderworpen zijn aan een bevrijdende roerende voorheffing van 15%.
De geschreven perssector heeft intensief overleg gepleegd over de manier waarop deze wet dient toegepast te worden op inkomsten van journalisten, met het oog op de integratie van een gedeelte van de inkomsten uit de (con)cessie van auteursrechten in hun globale inkomsten. Langs Vlaamse kant hebben Vlaamse Nieuwsmedia en de Vlaamse Vereniging van Journalisten reeds in 2010 een protocol afgesloten aangaande de toepassing van deze wet, onder opschortende voorwaarde van goedkeuring door het kabinet van de Minister van Financiën. In dit protocol zijn partijen overeengekomen dat voor de freelance journalisten in hoofdberoep als basisregel 30% van de inkomsten dient te worden beschouwd als inkomsten uit de (con)cessie van auteursrechten en 100% van de inkomsten wat betreft de freelance journalisten in bijberoep. Tot op vandaag werd dit protocol nog steeds niet bekrachtigd door het kabinet van de Minister van Financiën.
Een Antwerps controlekantoor van de belastingen heeft nu voor het eerst de in het protocol opgenomen verdeelsleutel overgenomen. De freelance journalist in hoofdberoep dient belast te worden volgens de in het richtinggevende protocol voorgestelde verdeelsleutel, i.e. 30% van de inkomsten dient beschouwd te worden als inkomsten uit (con)cessie van auteursrechten. Dit is een allereerste stap in de richting naar enige rechtszekerheid. Het is echter hoog tijd dat de federale politieke en administratieve overheden de noodzakelijke garanties creëren opdat deze wet correct toegepast kan worden op de vergoeding voor de (con)cessie van auteursrechten door de journalisten/fotografen en dit in een kader van rechtszekerheid voor alle betrokken partijen. Dit zal niet alleen de aantrekkelijkheid van het journalistieke beroep en de kwaliteit van de journalistiek ten goede komen, maar ook de sector de nodige zuurstof geven om te blijven investeren en innoveren in tijden van structurele en economische crisis.
Door Sandrien MAMPAEY, Legal & Administration Manager van Vlaamse Nieuwsmedia
Nieuwsuitgevers roepen op tot een correct gebruik van nieuwsberichten
30 mei 2013
Brussel, 30 mei 2013
Eerder dit jaar engageerden de Vlaamse nieuwsuitgevers Concentra Media, Corelio, De Persgroep Publishing, Mediafin en Roularta Media Groep zich tot een correct hergebruik van geschreven nieuwsberichten. Vandaag sluiten ook andere mediaspelers zich aan bij de richtlijnen geformuleerd in hun ‘fair use charter’. De uitgevers vragen om een toepassing van de richtlijnen door alle nieuwsaanbieders om zo de kwaliteit van het nieuwsaanbod te garanderen.
Tijdens een workshop met vertegenwoordigers van nieuwssites, blogs, persagentschappen, audiovisuele media en de overheid werden de richtlijnen voor het overnemen van nieuwsartikels onder de loep genomen. Het charter – een gentleman’s agreement tussen de eerder vermelde uitgevers – stelt dat het zonder meer kopiëren of louter vormtechnisch aanpassen van nieuwsteksten niet kan zonder licentie. Indien een nieuwsaanbieder een bericht wil overnemen van een andere site, krant of magazine, dient hij niet enkel de titel van de oorspronkelijke publicatie te vermelden maar ook substantiële waarde toe te voegen door een eigen creatieve inbreng te leveren. Dit laatste betekent dat de globale indruk van het aangepaste artikel moet verschillen met die van het oorspronkelijke. Zo volstaat het bijvoorbeeld niet om slechts enkele woorden te vervangen, om quotes over te nemen met toevoeging van een paar eigen zinnen, om een artikel te vertalen of in te korten. In het geval van een licentie, kunnen artikels wel overgenomen worden. Een voorbeeld van dit laatste is een Belga-licentie.
Het resultaat van de workshop is een consensus over de voorwaarden zoals vandaag in het charter beschreven. De richtlijnen beperken zich voorlopig tot geschreven nieuws, maar ook VRT zegt toe om de richtlijnen toe te passen voor haar nieuwssites. Binnen een jaar wordt een vervolgworkshop georganiseerd om de praktijk aan de theorie te toetsen. Nieuws- en contentaanbieders worden uitgenodigd om in tussentijd concrete cases voor te leggen.
De uitgevers roepen tenslotte alle nieuwsaanbieders op om in het geval van het overnemen van artikels, de naam van de oorspronkelijke publicatie te vermelden en substantiële waarde toe te voegen. Deze twee richtlijnen leiden tot meer origineel nieuws en verhogen de kwaliteit van het nieuwsaanbod.